Peter Deunov - De Universele Witte Broederschap
De video 'De geestelijke erfenis van Bulgarije' (hieronder staat de gesproken tekst van de video, waarin de godsdienstige geschiedenis van Bulgarije van Orpheus tot Deunov wordt behandeld)
De sprekers: Damyan Pophristov, Diana Gergova, Lili Dimkova, Miroslav Bachev, Tsvetan Gaydarski, Ventislav Vasilev, Yoana Strateva, Yordan Kamdzhalov van
Het Starosel Thracische cultuurcentrum, de Internationale school van het Gouden Rozenkruis
Inhoud
Inleiding
1. Orpheus en Dionysos
2. De Bogomielen - karma en reïncarnatie, de vorming van een volmaakte mensheid
3. Peter Deunov - De Universele Witte Broederschap
Inleiding
Een legende vertelt dat toen God besloot de aarde onder de volkeren te verdelen, de Bulgaar op het land werkte en daardoor de laatste was die zijn deel ging ophalen. Maar God had de hele aarde al verdeeld en dacht na over wat hij hem moest geven. De Bulgaar stond bekend om zijn goedheid, bescheidenheid en ijver, daarom besloot God hem een deel van zijn eigen land te geven... van de hemel.
Geschiedenis
We horen nu de vergeten geschiedenis van de Balkan. Een historie, die zelfs voor de bewoners van de Balkan vaak onbekend is. Een geschiedenis van de geestelijke impuls van de Universele Leer, die driemaal tijdens de laatste tienduizend jaar vanuit deze landen over Europa werd uitgezonden. [impuls: van Latijn 'impulsus', van 'impellere': voortstoten, in het Ned. aanzet, in beweging brengen, aandrift, opwelling. Ned. 'geest', van Gotisch 'ghei': aandrijven, in beweging brengen; m.a.w. het is de geest als kracht die inbeweging brengt, die de 'impuls', de aanzet veroorzaakt.]
Archeologisch onderzoek in Bulgarije toont aan dat in dit gebied sprake was van een zeer oude beschaving, de Thracische, nog van vóór de Egyptische. De Thraciërs zijn de inheemse bewoners van de Balkan en bestonden uit 60 stammen. Zij bewoonden vanaf 8000 v.Chr het gebied, dat nu Bulgarije en Roemenië is. Het oudst bekende schrift is hier aangetroffen op kleitabletten, die gevonden zijn in de Bulgaarse dorpen Gradeshnitsa, Karanovo en ook in Roemenië.
Reeds lang is bekend in de internationale, wetenschappelijke gemeenschap, dat het oudste schrift op de Balkan is ontstaan. Er zijn kunstvoorwerpen gevonden van 1000 jaar vóór de Egyptische beschaving en kleitabletten met mystieke uitspraken in hiërogliefenschrift. De Grieken noemden de Thraciërs de 'pelasgen': de verlichten en voor Homeros waren de Thraciërs "mensen, die hem doen denken aan de goden".
Dit is het verhaal van één van de zonen van de god Apollo, Orpheus en van zijn leer van de transformatie van de menselijke geest, de transformatie van het gewone bewustzijn in een vergeestelijkt bewustzijn: het kosmische bewustzijn. Het gaat om de eenwording van verstand, hart en wil, het bereiken van eenheid in de mens en het vinden van zijn absolute centrum... dat, wat hem verbindt met zijn Schepper.
terug naar de Inhoud
1. Orpheus en Dionysos
Thracië (een streek in Zuid-Bulgarije) is het geboorteland van Orpheus, de ingewijde van de oudheid, de hogepriester en grondlegger van het Thracische orfisme. De Leer van Orpheus wordt beschouwd als afkomstig uit een nog ouder tijdperk, maar Orpheus formuleerde deze leer over de onsterfelijkheid van de geest op een nieuwe manier.
Er bestaat namelijk niet slechts één Orpheus. De oer-Orpheus, de patriarch Orpheus, leefde ongeveer 5000 jaar v.Chr. Hij is de patriarch van de tempeldiensten en rituelen. Zijn naam is nauw verbonden met zijn nalatenschap, met wat hij de wereld heeft gebracht, zijn leer, die het mysterie is van de innerlijke tempel van het hart. Want de naam Orpheus betekent in het oud-Thracisch letterlijk: tempel.
De naam van de latere Orpheus heeft als betekenis: zoon van Orpheus en deze leefde duizenden jaren later ten tijde van de Trojaanse oorlog, zoals die bekend is uit de Griekse mythologie, die gebaseerd is op Thracische heldendichten.
Aan hem verschenen visioenen om te zoeken en te herstellen, wat zijn verre voorvader, de oer-Orpheus, had geopenbaard. In een van de zeer oude boeken, geschreven in de oertaal [proto Indo-Europees], vóór het ontstaan van de verscheidenheid aan talen, wordt duidelijk, dat de Griekse Hermes een andere naam is voor Orpheus, voor 'goddelijke tempel'. Vanuit deze invalshoek geeft de hermetische literatuur een beeld van de verbinding van de innerlijke met de uiterlijke werelden, de microkosmosde met de macrokosmos.
De inhoud van de leer is absoluut universeel. Het zou verkeerd zijn om die universaliteit op het niveau van de uiterlijke vormen te zoeken. Juist dan ontstaan de problemen van de huidige menselijke beschaving, net zoals die van de aan ons voorafgaande culturen.
Alleen een mens die ten onder is gegaan in de vormen, kan daarna dorsten naar de inhoud ervan en alleen diegene die eeuwenlang heeft gezwommen in de open zee, zou zich waarachtig kunnen verheugen wanneer hij de kust ziet, de vaste grond onder zijn voeten. Deze twee dingen: het vasteland en de oceaan, moeten we niet uit het oog verliezen. Dit zijn twee aspecten die we zullen onderzoeken. In de samenleving zien we een voortdurende beweging van de ene pool naar de andere. Vroeg of laat verlangt deze slingerbeweging ernaar in het middelpunt tot rust te komen. Dat is het onbewuste verlangen van elke mens.
Transformatie, metanoia
Dit is het beeld van het centrum, het hart in zijn oorspronkelijke vorm, maar ook het fysieke orgaan zelf. Dat is het begrip van het hart als innerlijke tempel, van de mens en zijn lichaam als tempel van het goddelijke.
Men geloofde dat de geest weer tot leven kwam en werd wedergeboren in nieuw lichaam. Deze denkbeelden gaan samen met een leer, met een geloof in die dingen in het leven, die eeuwig zijn. Het gaat om de transformatie van de mens en zijn overgang van het rijk van de leugen, naar het koninkrijk van de waarheid. In het oud-Tracisch betekent metanoia letterlijk boetedoening [weer goed maken]. Maar deze vertaling is niet helemaal juist, metanoia betekent ook transformatie. Transformatie die voortkomt uit boetvaardigheid en omkering. Als we deze transformatie uitvoeren - de alchemie die de Christus ons voorleefde - gaan we binnen in het waarachtige leven, komt er een nieuw begin, een eeuwig leven. Als die transformatie uitblijft, dan verandert er niets in ons. En dat is juist wat we nodig hebben - het vergankelijke moet worden omgevormd naar de eeuwigheid.
De ouderen begrepen het geheim van het kruis - het is geen uiterlijk kruis, maar het is de transformatie binnen in ons... naar Zijn beeld en gelijkenis. Het oude dient te worden omgevormd, door de omzetting, de transformatie, zodat de herschepping van het oorspronkelijke kan plaatsvinden. De schepping van het nieuw zijn, van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, van een nieuw lichaam.
Voor de ouden was het duidelijk, dat dit een reële mogelijkheid was. Zij zagen de mens als een psychosomatisch wezen - een eenheid van geest en lichaam.
Alles uit één bron
Wij zijn in de kosmos en de kosmos is in ons. Dit is een van de grootste waarheden, waar de mensheid voor staat en die er op wacht om door zoveel mogelijk mensen te worden ontdekt. Het hele universum met alle materie is voortgekomen uit één punt. Dat wordt als een natuurkundig feit gezien. Omtrent deze vraag bestaat er geen discussie in de wetenschappelijke wereld.
Vanzelfsprekend is alles ontstaan vanuit één centrum, is alles voortgekomen uit één bron en uiteraard gaat alles in één richting ['universum', van 'unum-vertere': één richting].
Eeuwen achtereen heeft de mensheid zich gericht op het uiterlijke, op dat wat buiten ons is. Maar het wordt duidelijk, dat dit niet de weg is. Verandering kan op twee manieren plaatsvinden. Maar dát resultaat, waar allen zonder uitzondering naar verlangen, is een verandering die alleen kan voortkomen uit het innerlijk. Het is echter een persoonlijke keus. Het is de vrij wil en iedere mens moet zelf zijn eigen weg vinden.
De Christus zei: Nauw is de weg die tot het leven leidt en weinigen zijn er die hem vinden. Het is waar dat de meeste mensen een hebzuchtige leven leiden. Maar de mens moet zelf beslissen welk pad hij wil gaan: de weg van de zelfgerichtheid of de weg van liefde voor anderen.
De Thracische beschaving
Orpheus kan worden vergeleken met alle andere grote godsdienststichters. Hij brengt een leer die een samenvatting is van de universele mysteriën. En naast hem treedt op Dionysos, de stormachtige drijver van de geest. Wie de eigenschappen van laatste persoon bestudeert, kan zonder meer vaststellen dat Dionysos de werkzaamheid van de heilige geest voorstelt. De extase, de hemelse blijdschap die de aanraking van de universele geest wekt en de handelingen die daaruit voortvloeien, zijn voor de gewone, aardse mens zo onlogisch, dat voor hen de benaming 'waanzin' voor de hand ligt.
De Thracische beschaving was een verlichte cultuur, niet alleen in kunst en geschrift, maar ook in het begrijpen van de weg van de menselijke geest naar de eenheid met God.
In 2006 maakte dr. Stephen Guide bekend, dat hij erin was geslaagd de oudste Thracische tekst te ontcijferen. Het gaat om kleitabletten die in de Bulgaarse dorpen Gradeshnitsa en Karanovo zijn gevonden. Zij stammen uit het 5e en 4e millennium v.Chr. en onthullen de inzichten van de Thraciërs over de heiligheid van het leven op persoonlijk en gemeenschappelijk vlak, over het wezen van de tempel en de tempeldienst, en over de relatie met de mens die God in de ark van het verbond neerlegde.
Dr. Guide ontcijferde het Thracische schrift aan de hand van Egyptische hiërogliefen en over zijn ontdekking zei zijn broer Tsvetan Guide het volgende:
De geschiedenis van Christus is niet iets wat 2000 jaar geleden is begonnen. Hij werd 2000 jaar geleden belichaamd, maar zijn mysterie bestaat vanaf de dageraad van de mensheid, al vanaf de eerste mens.
Als we met de methode van dr. Guide de details bekijken van één van de Thracische kleitabletten, ontdekt in Tochilare, dicht bij Plovdiv, zien we dat de tekens erop goed kunnen worden vertaald aan de hand van Egyptische hiërogliefen. De pictogrammen worden leesbaar door vergelijking met het Bohaïrische dialect, dat een Noord-Egyptisch Koptisch dialect is, dat tot op de dag van vandaag wordt gebruikt als liturgische taal in de Koptische kerk.
Dionysos
Op de kleitablet uit Tochilare zijn duidelijk de volgende tekens te onderscheiden:
Het pictogram dat er uitziet als een oog boven een troon, bestaat uit twee delen; het oog wordt uitgesproken als 'Is', en betekent: ik zie, ik kijk [waarnemen], de troon als 'Us' (oes) en betekent: almachtig [willen, dus: bewuste kracht, geest]. Zo wordt het duidelijk dat beide hiërogliefen samen worden uitgesproken als Is-Us, de zelfbewuste allerhoogste, de almachtige. De Egyptische Osiris wordt ook met een oog en een troon aangeduid.
Het pictogram dat lijkt op een driehoek met twee concentrische cirkels, is in werkelijkheid een samenstelling van twee hiërogliefen: Di betekent 'schenkend' en On betekent 'zon'. Zo krijgen we Di-On, wat kan worden vertaald met schenkende zon. Als we de twee pictogrammen samenvoegen, wordt de naam Dion-Isus of Dionysos gevormd [dus: zonne-geest].
We weten dat de Thraciërs geloofden in de god Dionysos en we kunnen nu de betekenis van die naam begrijpen: het is de almachtige, schenkende zon Isus. Het is de zonnegod, te vergelijken met Apollo bij de Grieken en Ra bij de Egyptenaren. Hieruit blijkt, dat de oude orfisten een god vereerden, waarvan de naam gelijk is aan die van de god van de Christenen: Jezus [volgens de esoterie bewoont Jezus de zon].
Het is de vraag hoe zijn naam moet worden gelezen - van links naar rechts of omgekeerd. Als we hetzelfde hiëroglief van achter naar voren lezen, krijgen we het volgende: Us-Is of kracht-macht. Als we het teken van het oog vervangen door zijn andere benaming - iris, lezen we Is-Iris, ofwel zoals meer gebruikelijk: Osiris.
Maar of we nu lezen Is-Us of Us-Is, we kunnen in beide gevallen de naam Jezus herkennen.
Als we alle hiërogliefen ontcijferen op de kleitablet uit Tochilare, lezen we:
O, Heer Dion-Isus, heerser over de werelden, ik buig mij neer voor u en leg mij toe op verzoening, U, die Heerser-God bent over de eeuwigheid, ik bid U vrede te schenken aan mijn hart, volgens de goddelijke gerechtigheid.
Kort gezegd: Jezus Christus is een naam, die niet slechts sinds 2000 jaar bekend is, maar in de ideografische taal heeft bestaan vanaf het begin van de mensheid. De verbinding met Christus is duidelijk. We hebben de naam Orpheus al eerder genoemd, deze betekent ook tempel, de tempel van God.
Hier zien we een afbeelding van een unieke medaillon uit het Berlijnse museum. De medaillon is na de oorlog verdwenen, maar er is een afdruk van het origineel en het is bekend, dat het een authentiek artefact is uit de periode van het vroege christendom. De afdruk is uniek omdat deze een kruisiging voorstelt, waaronder is geschreven: Orpheus Bacchus. Orpheus Bacchus, Dionysos of de tempel van de zon Jezus, is het gekruisigde lichaam van de Zoon Gods.
Boven de gekruisigde zien we een maansikkel afgebeeld als een teken voor: zoals de maan het zonlicht weerspiegelt, zo wordt de goddelijke tempel, Orpheus, verlicht door de weerspiegeling van het goddelijke Licht. Het zevenvoudige, goddelijke licht, vinden we metaforisch afgebeeld als de zeven sterren in het bovenste gedeelte van de afbeelding.
Muziek
Er zijn verschillende fresco's uit de klassieke oudheid, waarop de afgebeelde Orpheus door zijn stem de verschillende natuurrijken aanraakt en allen leggen zich aan zijn voeten neer. Dit is niet eenvoudig een gewone muzikant, maar het is een beeld van de oertoestand van de mens. Het is niet toevallig dat op veel plaatsen in het vroege christendom, Christus als Orpheus wordt afgebeeld. Er zijn muurschilderingen met dezelfde symboliek - Hij is de herder van de mensen. Orpheus regeerde de strijders en de wilde dieren door zijn stem en de Christus leidt de mensen door zijn Woord.
Bij de Thraciërs werd muziek gebruikt als verbindende schakel tussen de mens en het goddelijke. Dat vinden we zonder uitzondering in alle hoge culturen terug - die van Egypte, India, Mexico, China en ook hier op de Balkan. Een verbinding in de zin van een resonantie. Daar, waar deze verbinding bestaat, zijn er mogelijkheden geschapen voor contact tussen het centrum van de mens en het centrum van het universum.
Ingewikkelde muzikale composities of symfonieën zijn hier niet nodig. Wat nodig is, is één toon, twee, drie, vier tonen - en met hen kan een heel universum worden geschapen. En Orpheus was een absolute heerser over die krachten.
De ark van het verbond
Maar dat is nog lang niet alles! Bij het vertalen van verschillende Thracische kleitabletten volgens zijn methode, deed dr. Guide nog een geweldige ontdekking. Dit is het oudste artefact, dat een ark voorstelt, de Thracische ark van het verbond. Duizenden jaren later verschijnt de ark die het Mozaïsche verbond symboliseert. Het is welbeschouwd een model van de tempel - binnenin bevond zich de kleitablet met de verbondstekst, weergegeven met hiërogliefen die de mystieke leer onthullen.
Het artefact dat we hier zien, is een keramisch object, gedateerd ongeveer 5000 jaar v.Chr., dat tevens doet denken aan een doodskist of sarcofaag. Het werd ontdekt in het dorp Gradeshnitsa, dichtbij de stad Vratsa. Op het object zien we pictografische tekens met de betekenis: 'verbond' (overeenkomst), 'van de ene God', 'ark' (heilige sarcofaag) en 'Orpheus' (tempel). De vertaling van deze symbolen, samen met de pictogrammen op een andere kleitablet, gevonden in hetzelfde tempelcomplex, leidde ertoe dat dr. Guide de ontdekking bekendmaakte van: de ark van het verbond tussen de Thraciërs en God.
De boodschap van God aan het Thracische volk, kunnen we zien op de kleitablet die zich oorspronkelijk in de ark bevond en in Gradeshnitsa is gevonden:
O, Drie-enige God, die woning heeft in Thracië, ik getuig waarachtig en bied geschenken aan, aan de grootste Zoon van God, en alleen U zal ik verheerlijken, o mijn machtige Heer, U, die in Uw tempel bent, ik bid U, verlos mij!
Aangezien het pictografische teken van Orpheus (of tempel) erop gegraveerd is, kan deze kleitablet worden gezien als getuigenis van het Orfistische verbond tussen God en het Thracische volk. De legendarische patriarch van de Thraciërs, Orpheus, die later beroemd wordt als de grondlegger van de Dionysische religie en Orfische mysteriën, was voor de oude Thraciërs dat, wat later Mozes was voor het joodse volk, namelijk middelaar van het oude verbond tussen - en we onderstrepen - de Drie-enige God en zijn volk.
De bevrijding van de geest
Het blijkt dat de mysterieuze beschaving van de Thraciërs niet alleen cultureel en technisch ontwikkeld was, maar ook een hoog ontwikkelde godsdienst kende. Het hoofddoel van de Thraciërs was: de bevrijding van de menselijke geest, de verlossing van de godsvonk in het hart van de mens, gevangen in het stoffelijke lichaam.
Deze gedachten komen ons bekend voor. Dat is ook de boodschap van het oorspronkelijke christendom, dat door de leerlingen van Jezus Christus werd verspreid, meteen na zijn opstanding. Het christendom zoals dat was vóór de kerkelijke concilies en het modelleren van de Bijbel door de kerkvaders.
Dat brengt ons bij het tweede deel van onze reis - de tweede geestelijke impuls uitgezonden vanuit de Bulgaarse landen, die een voedingsbodem vond in de harten en hoofden van de Europeanen in de middeleeuwen.
terug naar de Inhoud
2. De Bogomielen - karma en reïncarnatie, de vorming van een volmaakte mensheid
De leer van de Bogomielen is de voortzetting van een eeuwenoude geestelijke traditie in Bulgarije, die begon ten tijde van het Orfisme.
Twee jaar geleden stelde het British Museum eindelijk de Thracische bijbel 'Besica' ten toon. De bijbel werd getoond en meteen weer ingepakt, maar de wereld had er kennis van genomen dat er een dergelijk kunstvoorwerp bestaat. Het was de bijbel van de Bessi, één van de Thracische stammen.
Dit gaat over het vroege christendom, dat het apostolische christendom wordt genoemd en dat werd gepredikt door de leerlingen van Jezus, toen deze de wereld introkken om de leer te verspreiden en hun missie te voltooien. In het apostolische christendom en in de oorspronkelijke woorden van Jezus Christus, vinden we aanzienlijke verschillen met de huidige, officiële canon. Het meest opvallende verschil is het ontbreken van het onderwerp 'karma' en 'reïncarnatie', dat in het apostolische christendom volledig aanwezig is, zoals het door Jezus werd verkondigd.
Dit weten we door het Geheime Boek van Johannes, waarin hij de gesprekken heeft opgeschreven die hij persoonlijk met Jezus voerde. In deze gesprekken heeft Johannes opgeschreven wat hij hem heeft gezegd. Niet in de gelijkenissen die Christus gebruikte als hij met het volk sprak, maar zoals hij zijn naaste volgelingen onderwees - daarbij is het doel de vorming van een volmaakte mensheid.
De Bogomielen vertegenwoordigden een geweldige golf van gevorderde geestelijke wezens, die de Universele Witte Broederschap naar onze aarde zond, om de oorspronkelijke zuiverheid van de christelijke leer te herstellen. De leer van de bogomielen is genoemd naar de Bulgaarse priester Pop Bogomil, die werd gezien als de grondlegger ervan.
De werkelijke schepper ervan is echter Boyan Maga, één van de zonen van de grote Bulgaarse tsaar Simeon. Net zoals zijn vader, werd hij onderricht in de Magnaur School, waar de hele esoterische kennis van die tijden was verzameld, gebaseerd op de Zeven Principes van Hermes Trismegistos, de Egyptische mysteriescholen en verrijkt door het allerbeste, wat Byzantium vanuit de oudheid had bereikt.
Boyan Maga
Onder 'mag' wordt 'wijze' verstaan, net zoals bij de geboorte van Jezus drie wijzen uit het Oosten aanwezig waren, waar het woord 'magiër' [magoi] wordt gebruikt voor een 'wijze'. Daarom betekent Boyan Maga Boyan de Wijze. Zijn leraar aan de Magnaur School, Nikolay Mystik, merkt op, dat Boyan Maga veel optrekt met twee Syriërs en vaak naar het Oosten reist. Bij zijn terugkeer van een van deze reizen ziet hij aan zijn vinger een bijzondere ring met een smaragd. Vanaf dat moment is Nikolay Mystik vervuld van ontzag voor zijn leerling.
Er vond een overdracht plaats van het manicheïsme naar de opkomende groeperingen van de bogomielen. Het is niet geheel duidelijk hoe de verbinding met de manicheeërs tot stand is gekomen. Er zijn echter mythologische afbeeldingen - de twee Syriërs, die op de meest bijzondere momenten, wanneer hij de apostelen uitkiest, voor het uitzenden van de eerste impuls van de bogomielen, uit het niets verschijnen, om daarna weer in het niets te verdwijnen.
De nauwkeurige datum van de oprichting van de beweging van bogomielen is 13 april 928, deze gebeurtenis vond plaats in het klooster St Paraskeva. Daar zijn dan de twee Syriërs aanwezig in het ondergrondse gedeelte van de kerk, waar zij de eed afnemen van Boyan en zijn leerlingen. De twee Syriërs dragen aan Boyan de 22 tabletten over, die in de esoterie de 'Taro van de bogomielen' wordt genoemd. Ze zetten op het altaar in de ondergrondse zaal een oude sculptuur van een pentagram.
Korst daarna, stuurt Boyan zijn eerste apostelen op pad om de leer te verkondigen en kerken te vestigen in een groot aantal grote steden in Europa. In Bulgarije nemen in de tijd steeds meer mensen de denkbeelden van de bogomielen over. Zelfs de helft van de kerkdienaren bestaat uit bogomielen, hoewel deze beweging de kerk en haar werkmethoden scherp bekritiseert. Langzamerhand wordt de beweging van de bogomielen een maatschappelijk verschijnsel, wat de basis legt voor de komende reformatie in Europa.
Dualisme
Voor het begrijpen van de beginselen van de bogomielen, is het belangrijk om te kijken naar het zogenoemde 'dualisme'. God kan niet de schepper van het kwaad zijn. God besloot het bedrog van Satan [van Hebreeuws 'satana': tegenstander] tijdelijk te verdragen. Er is geen sprake van dat er een bepaalde gelijkheid tussen hen zou bestaan [zoals de eeuwige strijd tussen Ahoera mazda en Ormoezd bij de manicheeërs].
Er is altijd gezegd dat toen de Satan uit de hemel werd verdreven, hem voor zeven dagen heerschappij werd gegeven over de aardse wereld. Op de zevende dag zal zijn gezag ten einde komen. Als we kijken naar de schepping zelf en de rol die de Satan hierin als symbool vervult, zien we dat de legenden van de bogomielen een heel duidelijk beeld van hem geven. Hij wilde de Schepper nabootsen, maar op een uiterlijke wijze.
De naam Lucifer, die men in de geschriften van de bogomielen tegenkomt, betekent Lichtdrager, net als in het Latijn, maar een lichtdrager die heeft besloten, dat hijzélf de bron van het licht is. En door die zelfgerichtheid heeft hij zich afgesloten voor het goddelijke licht.
Bij de bogomielen bestaat de dualiteit uit het volgende: God is Licht en Liefde, een ander begin dan dat bestaat er niet, want God is de oorsprong van alle dingen. Er is echter een niet-aanvaarden door het schepsel en dat afwijzen [door een groep engelen] vertegenwoordigt de Satan [tegenstander].
Het is niet een bepaalde kwaadaardigheid op zichzelf, maar het niet-aanvaarden van het wezenlijke en oorspronkelijk Goede, wat leidt tot deze afgesloten, geestelijke toestand, tot het vormen van een afgescheiden houding en dat is wat de zondeval inhoudt [bij de afwijzende, zelfgerichte mens].
De bogomielen zeiden: er is geen goed en kwaad. Er bestaan twee uitersten van één en hetzelfde verschijnsel, in verschillende graden van vibratie. Het kwade is het ontbreken van voldoende vibraties van het goede, van liefde, en het goede is de afwezigheid van de negatieve vibratie van het kwade.
Die afwijzing was echter nodig tijdens het involutieproces van de ontwikkeling van het universum.
Individu en gemeenschap
Het bestaan van het individualisme was van wezenlijk belang voor de groei naar zelfstandigheid. En het moet ook niet verloren gaan. Maar het moet worden geïntegreerd, zodat het kan beginnen met het dienen van het geheel. Als een mens niet volledig het individuele leven heeft gekend, kan hij zich als persoon ook niet bewust zelf overgeven aan de gemeenschap. En een gemeenschap die niet heeft begrepen uit wat voor zelfstandige eenheden zij is opgebouwd, kan zijn eigen bestanddelen [de personen] niet voldoende waarderen.
Tijdens de eerste en tweede kruistocht tegen de katharen was er een serieus geschil in de Rooms-katholieke kerk: het punt was of de vrouw wel of geen ziel heeft [Habet mulier aninam?!]. Tenslotte werd door stemming besloten dat de vrouw een ziel heeft; een meerderheid van één enkele stem gaf de doorslag.(!) Vervolgens werd dit aangenomen als een dogma. Maar daarvóór zijn er uitzonderlijk grote geschillen geweest.
Tegelijkertijd was de vrouw bij de bogomielen volkomen gelijkwaardig aan de man en konden ook vrouwen geestelijke worden. De bogomielen zeggen: de vrouwelijke energie schept de vorm en het is de mannelijke energie die met macht, met kracht, deze vorm moet verwerkelijken. Daarna grijpt opnieuw de vrouwelijke energie in, om van deze nieuwe schepping een harmonieuze eenheid te maken.
Een rechtstreekse band met God
De bogomielen hebben een binding met alles, wat de zuivere impuls in zichzelf bezit, waardoor het een christelijke kerk is in de ware zin van het woord. Hun rituelen zijn erg eenvoudig, ze hebben geen enkele gelijkenis met die van de kerk. Dat is een van de dingen, waarmee zij zich toen al onderscheidden. Ze hebben ook geen aparte tempels: hun activiteiten voeren ze uit in een zuivere en lege ruimte. Geen symbolen die de aandacht kunnen afleiden of het onderricht kunnen vervormen.
Maar wat doet de kerk? Op een van de kerkelijke synodes in het jaar 870, geeft men officieel de rechtstreekse band van de mens met God op. Vanaf dat moment begint de vervolging van heksen en van mensen met bovenzintuiglijke vermogens. En al deze wreedheden worden bedreven, opdat toch maar niemand aan de kerk voorbij zou gaan en zelf een rechtstreekse band met God zou vormen.
De bogomielen zeggen dat dat wel kan en niet alleen dat het mogelijk is, het is zelfs noodzakelijk. Want een christen zijn, betekent: het Christuswezen in jezelf verwerkelijken, als je eigen ware, oorspronkelijke aard. Mengt de kerk zich echter in dit proces, dan wordt de mogelijkheid van een rechtstreekse band ontkend en presenteert zij zichzelf als de onmisbare schakel tussen mens en God.
De bogomielen zeggen: wanneer er een bemiddelende factor is, in dit geval de kerk, dan is het pad dat middels de bemiddelaar naar God leidt, gebaseerd op het principe van de angst. De kerk plantte de angst voor God in de mens.
Consolamentum en endura
De eerste stap bij de orfische mysteriën, alsook bij de inwijding van de bogomielen, was het consolamentum: de bevrijding van de angst. Want angst werkt verlammend en maakt je tot een huichelaar. Je begint dan bepaalde principes te volgen, niet omdat deze wezenlijk voortvloeien uit jouw inzicht, maar omdat je bang bent voor mogelijke gevolgen als je het niet doet.
De weg terug werd het Endura genoemd. Het woord 'endura' betekent beëindiging, sterven, het tenietdoen van de zelfgerichtheid in ons [nirvana: neerwaaien, uitdoven], van de oude mens met zijn afgesloten, zelfgerichte persoonlijkheid.
Geheel vanzelf voltrekt zich dan het openen voor het andere, dat is, voor het geheel.
Ik zal in het kort iets vertellen over hun inwijdingen, volgens de meeste bronnen waren dat vier stappen:
1 aanhangers of sympathisanten; 2 gelovigen, zij, die hebben besloten om van aanhangers volgers van de weg te worden; dan 3 de uitverkoren en te slotte 4 de volmaakten.
Aanhangers en gelovigen zijn deze, die in de School van Pythagoras behoorden tot de 'voorhof' of de exoterische kring. De uitverkorenen en volmaakten vormden de 'binnenhof' of de esoterische kring.
Het Onze Vader
Wanneer een aanhanger besluit om gelovige te worden, wordt hem verteld voorlopig niet het Onze Vader te bidden. Eerst moet de gelovige worden gezuiverd. Want wanneer een mens bidt, tot wie of wat richt hij zich in zijn gebed? Tot zijn eigen voorstellingswereld en dat is het Luciferische principe, dat is de vrucht van onze afgeslotenheid, dus van het duivelse.
Wanneer hij de weg van de bevrijding gaat en zijn hoogmoed aflegt, deze staat van enkel vertrouwen in zichzelf en in persoonlijke opvattingen en doelen opgeeft, dan is hij al toebereid als een uitverkorene. En het eerste sacrament, in de ware zin van het woord, dat hem wordt aangereikt, is dat van het Onze Vader. Op een rituele manier wordt dit gebed hem gegeven en vanaf dat moment moet hij het niet meer uitspreken, maar het voortdurend leven.
Dit is het universele gebed, dat zich richt tot de Schepper van hemel en aarde. De bogomielen zeggen dat God nauwkeurig weet wie en wat je bent, Hij weet wat je nodig hebt. Het is voldoende om zich in het hart met aandacht naar God te wenden. Hoe? Door het Onze Vader!
'Onze Vader, Onze Moeder' - de aanhef is androgyn, God is noch 'hij', noch 'zij'.
Dit is het oorspronkelijke gebed, het is geslachtloos, God is vader en moeder tegelijk.
Nu volgend de drie goddelijke gebeden:
'Uw naam worde geheiligd, Uw koninkrijk kome, Uw wil geschiede.
Gelijk in de hemel, alzo ook op aarde.'
Dan volgen de vier aardse gebeden:
'Geef ons heden ons dagelijks brood.'
Maar welk brood? Het is het dagelijkse hemelse brood.
'Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren.'
Dan volgt het gebed, zoals het vandaag de dag wordt uitgesproken: En leidt ons niet in verzoeking.
Wie? Zal God ons in verleiding voeren? De tekst van het oorspronkelijke gebed is:
'En wanneer we in verleiding komen, verlos ons dan van het boze.'
Zo wordt het 'in de verleiding komen' aangemerkt als een aardse zwakte van de méns en we bidden de Heer ons daarvan te verlossen.
De reiniging
Dit is de eerste stap: de reiniging. Het is het ondergaan van een geestelijke reiniging of een soort ontlediging. Vervolgens ondergaat de uitverkorene het volgende sacrament, dat we kennen als het 'consolamentum', dat is de vertroosting. Dat is het moment van de ontmoeting tussen Jezus en Johannes aan de oever van de Jordaan. Johannes, dat is het menselijke bewustzijn, dat - ondanks zijn afgesloten en beperkte staat - in zichzelf de impuls van de Christuskracht ziet en ervaart.
Manisola
Na het ontvangen van het consolamentum volgt de volgende graad, die van de volmaakten.
Er is nog een sacrament, dat het 'manisola' wordt genoemd. Manisola is zoiets als: de beëindiging van een gegane en voltooide weg op de aarde. Slechts sommigen van de volmaakten hebben dat bereikt.
Het woord 'manisola' heeft twee wortels: 'mani' en 'sola'. Mani is de grondlegger van de manicheïsche mysteriën. De naam 'mani' betekent in het Sanskriet de zuiverheid, de volkomen transparantie, het betekent dat de geest en het lichaam geheel zijn gereinigd. En 'sola' betekent 'eenheid'.
Manisola betekent dus dat een mens volkomen door de Geest wordt geregeerd, terwijl hij in het begin door de duivel werd geleid.
Hier komen we ook bij het mannelijke en vrouwelijke beginsel, want het woord manisola is ook verbonden met de eenwording van het mannelijke en het vrouwelijke - de mens wordt een geheel.
Gebed van de bogomielen
"Reinig mij, o mijn God.
Reinig mij innerlijk en uiterlijk.
Zuiver mijn lichaam, ziel en geest,
opdat de lichtkiem in mij zich kan ontplooien,
en mij tot een fakkeldrager maakt.
Dat ik een vlam moge worden, die alles in mij
en om mij heen, naar het Licht leidt."
Vrijheid, gelijkheid en broederschap
Het opbouwen van die oorspronkelijke staat is het doel van de leer van de bogomielen, het is het verwerkelijken van de Christus als een innerlijke werkelijkheid.
De leer van de bogomielen was de meest universele die de mensen heeft bereikt, vanwege de eenvoudige reden: de alomvattendheid van zijn boodschap. Die was: gelijkheid, vrijheid en broederschap, echter, met een wezenlijke toevoeging: door de liefde.
Het is dit element van liefde, dat mensen van hoog tot laag aan elkaar gelijk maakt. Het is de goddelijke liefde. Het is het liefhebben van je naaste. Dat is de boodschap van de bogomielen.
Het ideaal van de bogomielen: vrijheid, gelijkheid en broederschap, kan echter niet worden toegepast als het niet op een geestelijke grondslag is gebouwd. Het kan alleen worden verwerkelijkt door een innerlijke weg te gaan.
We vragen ons af waarom de wereld zo is, zoals die nu is. Waarom deze dingen niet leven in de mens, waarom ze geen plaats hebben in de samenleving. Maar wat is de samenleving? Wij verbergen ons achter dit woord. Maar zij is samengesteld uit zelfstandige personen. Deze idealen moeten tot leven komen in iedere mens.
Het wordt steeds duidelijker dat er een groep mensen is die ziet en begrijpt, dat een dergelijke ontwikkeling alleen van binnenuit kan komen. Deze idealen, die we kennen van de bogomielen en ook in andere stromingen aanwezig zijn, zijn de grondslag, het centrum en de toekomst van elke waardige, diepzinnige, verlichte mens- en godgerichte samenleving.
Verspreiding van de leer der bogomielen
In de tiende eeuw werd er een waarachtig verlangen naar verlichting geboren in het Bulgaarse volk. Dit verlangen stuwt de volksgeest tot buiten de grenzen van dit bestaan, naar de Elysische velden van het eeuwige leven. Dit streven krijgt bij de bogomielen vorm als een geestelijke ontwikkeling, die later de basis vormt van de komende reformatie van Europa, die de donkere middeleeuwen verlicht en fundamenteel de geestelijke cultuur van de mensheid verandert.
Tijdens de elfde eeuw verspreidt de leer van de bogomielen zich naar West-Europa: eerst in Italië en Frankrijk, later ook in Duitsland, Engeland, Spanje en naar Oost-Europa. Deze leer verspreidt zich echter het meest onder de aristocratie van de Langedoc. In Bosnië wordt het gnostieke christendom van de bogomielen de officiële godsdienst gedurende 150 jaar. De stroming van de bogomielen heeft een grote invloed gehad op de middeleeuwen in heel West-Europa, ook op de beweging van de rozenkruisers.
In het jaar 1167 werd in Saint-Félix de Caraman een grote bijeenkomst gehouden van Franse en Italiaanse bogomielen, onder het voorzitterschap van patriarch Nikèta, de leider van de bogomielen uit Constantinopel, waar de beweging in die tijd floreerde. Daar roept de patriarch de broederschap van de katharen op zijn geestelijke missie te vervullen en de mysteriën van het christelijke geloof in Europa te onthullen.
In 'Het lied van de Albigenzische Kruistocht', geschreven in het jaar 1210, worden de katharen beschreven als 'Cel de Bulgarie', wat in de plaatselijke Occitaanse taal 'die uit Bulgarije' betekent. In veel steden en streken van Frankrijk worden de dissidenten, de afvalligen van de staatsgodsdienst, bougres of boulgres genoemd, etymologisch verwant aan Bulgaren. Bogomielen worden op verschillende plaatsen in Europa ook met andere namen aangeduid, waar hun leer volgelingen had: katharen, patarenen, albigenzen.
Het ontwaken van het Christuswezen in de mens
De aard van hun leer was echter overal hetzelfde: het doen ontwaken van het Christuswezen in het innerlijk van elke mens. Deze essentie van hun leer is ook op de rozenkruisers overgegaan en zo heeft deze nu ook ons bereikt, in de School van de Jong Gnostieke Broederschap.
Volgens de legende van de bogomielen herrijst de feniks, de geestelijke vuurvogel, elke duizend jaar uit zijn as. Precies duizend jaar na de opkomst van de bogomielen in Bulgarije, sticht Peter Deunov in het jaar 1918 'De Universele Witte Broederschap', waar hij door zijn volgelingen de Meester wordt genoemd. Rond dezelfde tijd verschijnt in Nederland de School van de Jonge Gnosis.
terug naar de Inhoud
3. Peter Deunov - De Universele Witte Broederschap
Er zijn geen door God uitverkoren volkeren, maar wel uitverkoren personen en zij stuwen de volkeren van de mensheid voort. We zien dat er in de oudheid, in de middeleeuwen en in het hedendaagse Bulgarije, dergelijke personen zijn geweest; het waren geestelijke reuzen, die met hun licht de mensen voortrokken. Het gaat om de Universele Witte Broederschap: dat zijn die verheven wezens, die door alle mogelijke stadia van vervolmaking en kennis zijn heengetrokken. Hun afgezanten komen tot ons op aarde in verschillende tijdperken, op verschillende plaatsen en om ons te vertellen in welke richting we ons moeten ontwikkelen.
De geestelijke naam van Peter Deunov, 'Beinsa Duono', heeft zijn etymologische wortels in het Sanskriet, vertaald betekent zij: 'Die goedheid brengt in de wereld door het Woord'. De leer van Beinsa Duono is in meer dan 7000 toespraken en lezingen ontwikkeld en belicht. De hoofdthema's van zijn leer zijn: liefde, wijsheid, waarheid, rechtvaardigheid en deugd, begrepen als de eigenschappen van de historische, kosmische en mystieke Christus [de geestelijke vermogens in de menselijke geest].
In zijn leer vinden wij een verbinding met het Orfisme en de leer van de bogomielen, en in zijn leven zien wij ook een verbinding met de rozenkruisers. Op zijn levensweg ontmoet hij een groot aantal hedendaagse geestelijke leiders.
Tijdens een van zijn reizen naar Amerika, neemt hij deel aan een vergadering van rozenkruisers. Zijn metgezel uit die tijd, Veliko Grabashev, vertelt hoe hij onder de indruk was van de diepe eerbied, waarmee zij de Meester verwelkomden. In de vergaderzaal stond een ronde tafel met 13 stoelen, waaraan 11 mensen gezeten waren; de Meester begaf zicht meteen naar de 12e stoel, die klaarblijkelijk voor hem was bedoeld. Er was ook een lege stoel, bestemd voor de werkelijke leider van de vergadering: Christus.
Een van de belangrijkste dingen die hij ons heeft geleerd in zijn toespraken, is hoe te leven op alle gebieden. Hij geeft regels hoe om te gaan met de natuur, met de mensen om ons heen. Hoe wij onze geestelijke lichamen kunnen ontwikkelen, hoe wij ons kunnen verbinden met andere, hogere krachten. Die kennis is een voorrecht voor de gehele aarde, maar vooral voor Bulgarije. Hij wilde tot een Slavisch volk komen, omdat in het huidige tijdperk het Slavische volk de rol heeft een voedingsbodem te zijn voor nieuwe ideeën, die de weg aangeven, waarover de mensheid een nieuw tijdperk van ontwikkeling zal binnengaan.
De waarde van muziek
De Meester hechtte bijzonder veel waarde aan muziek. Over het algemeen wordt muziek als een tijdverdrijf gezien, maar sinds mensenheugenis werd in alle esoterische geestesscholen, te beginnen bij Orpheus en zo verder tot aan de hedendaagse geestesscholen, muziek gebruikt als een heel machtige en tegelijkertijd toegankelijke methode voor geestelijke hulp.
Zoals de Meester zei: één van de andere wijzen waarop een mens zich kan ontwikkelen is door het lijden. Maar het is niet noodzakelijk, want er staan veel andere manieren ter beschikking.
In de school van Meester Peter Deunov is muziek, méér dan alleen muziek. Muziek als werkmethode, als levenswijze, als voorwaarde voor verbinding tussen de innerlijke en de uiterlijke wereld. Als middel voor verbondenheid met zichzelf, met andere mensen en met de hogere werelden.
Ja, dat hebben wij in de school van Meester Peter Deunov, maar het is niet iets nieuws. Het is een geweldige her-innering. Deze afstemmingen werden in het oude Egypte volmaakt beheerst. De invloed van de kracht van het geluid op materie en mensen.
Wat is geluid? Materie, instrument, kracht, macht, een sleutel tot onwillekeurige krachten, tot nog ongevormde materie, die kan worden beheerst en aangewend door geluid. Orpheus was misschien een absolute beheerser van die kracht - een reiziger, een priester, een geest met het absolute vermogen te reizen tussen werelden.
Muziek is een enorme kracht die in de absolute zin van het woord zowel destructief, als constructief kan zijn. Net zoals een mes - er kan een misdaad mee worden gepleegd, maar met hetzelfde mes kan ook een reddende operatie worden uitgevoerd.
Peter Deunov heeft rond de 150 liederen gecomponeerd. Sommige daarvan zijn geschreven in een voor ons onbekende taal, waarvan hij heeft gezegd dat het Vataans is en dat de ingewijden in die taal spreken. In die taal zijn de trillingen van de woorden verbonden met de trillingen van de objecten waar ze mee overeenkomen.
In verband met de muziek is er een speciale methode, die paneuritmie wordt genoemd. Het is een combinatie van muziek, bewegingen, poëzie en bepaalde denkbeelden. Door deze methode kan een mens zichzelf genezen, zich afstemmen, zich in overeenstemming brengen en in contact komen met de krachten van de natuur en met hogere, kosmische krachten.
Alle waarachtige geestelijke stromingen zijn aan elkaar verwant en gebruiken vergelijkbare methoden, omdat ze alle voortkomen uit één bron. En die bron benoemde de Meester met een naam die hij voor het eerst invoerde: De Universele Witte Broederschap. Daaronder verstaat hij een hoog-geestelijk centrum in de kosmos, van waaruit alle betrouwbare krachten komen, krachten die de mensheid helpen en haar ontwikkeling ondersteunen.
De betekenis van het pentagram
Het pentagram is als een wegwijzer op het pad van de menselijke geest: vanuit het laagste beginpunt tot de hoogste plaats die hij kan bereiken. Het pentagram (op een plaat aan de muur) bevat afbeeldingen, letters, formules en de handtekening van de Meester, die zijn geestelijke naam weergeeft: Beinsa Duono.
Er is een buitenste en een binnenste cirkel, en een centrum in het pentagram. Joana Strateva legt de betekenis van de drie cirkels van het pentagram uit.
1 Langs de buitenste cirkel worden symbolen weergegeven, die buiten de lijnen van het pentagram liggen: het mes, de beker, het boek, de olielamp en de staf. De achtergrond is nog donker, wat betekent dat de menselijke geest aan zijn weg begint om de materie te verlaten. Het mes is het symbool van agressie, van het aanwenden van kracht, maar die we daar alleen gebruiken voor ons eigen voordeel. Volgt de beker - wanneer we fouten hebben gemaakt in ons leven, moeten we de bittere beker van het lijden leegdrinken, wat werkt als geneesmiddel. Dat is een belangrijke les, die ons naar het boek voert, we krijgen bepaalde kennis hoe te leven. Op die manier verkrijgen we licht met de lamp als symbool, waarmee we ons pad kunnen verlichten. De volgende stap is de staf. We hebben al een bepaalde kracht, het vermogen ons eigen lot te bepalen. Hier komen de staf en het mes samen en vormen nu een kruis.
We keren tot ons uitgangspunt terug, bij het mes, de kracht. We nemen het mes, zegt de Meester en stoten het in ons eigen hart, wat betekent dat we kracht hebben, maar we gebruiken die nooit meer alleen voor onszelf, alleen voor ons eigen nut, nee, we gebruiken dit niet meer om andere tot iets te dwingen.
2 Daarna begint de tweede, de binnenste cirkel, die het pad van de leerling aangeeft. Hij begeeft zich op de lijnen, op de stralen van het pentagram. Het begint met een trap die naar een deur leidt, dat wil zeggen, om de grootse school van het leven binnen te gaan en bewust te leren, moeten we ons daarop hebben voorbereid en ons bepaalde eigenschappen eigen hebben gemaakt, waarmee we voort kunnen bouwen.
Het eerste dat bij binnenkomst in een geestesschool moet worden opgebouwd, is de persoonlijke verhouding tot God. Wij moeten op de eerste plaats niet naar andere mensen, de andere leerlingen kijken, naar welke stap zij hebben bereikt, want dat zal ons alleen maar afleiden. Het eerste doel op ons pad is God, het is de Heer die we moeten zoeken.
De volgende straal is die van de gerechtigheid. Nadat een mens zijn verhouding tot God heeft bepaald, moet hij van daaruit zijn relatie met al het andere vormgeven.
Daarna moet hij over het smalle pad door de enge poort gaan, waarvan Christus spreekt en zich bevrijden van al het zelfzuchtige en berekenende in zichzelf. Als we niet door die enge poort gaan, kunnen we de straal van de liefde niet bereiken en alleen de weg van de liefde in ons kan de geestelijke kennis openen, de wijsheid, dat is het symbool van het oog.
Nadat we de weg van de liefde zijn gegaan en we de bronnen van de innerlijke wijsheid hebben geopend, bereiken we de boom, dat is de boom des levens. Het is het symbool van volledige transformatie, van de omvorming van de mens, waarbij zijn geestelijke geaardheid de leiding neemt. Daarna dalen we af over de straal van de deugd.
3 De afbeeldingen in het centrum van het pentagram stellen het pad van de ingewijden voor, dat door weinigen wordt betreden. De basis is de staf van Hermes, het is de heerschappij over de krachten van de natuur. Daarin is een cirkel, die de volledige eenwording van de mens met God weergeeft. Er is ook een kruis, in de vorm van een swastika, dat het symbool is van de algehele toewijding, van voorspoed, het volledig opgaan in het goddelijke.
Hierboven staan de symbolen van Venus, de goddelijke liefde, Mercurius, de goddelijke wijsheid en de maan, de goddelijke overvloed.
Al deze symbolen zijn opgenomen in een vijfhoek, waarvan de punt naar beneden is gericht, hetgeen laat zien, dat deze kracht ook in de dichtste materie werken en in staat zijn ook de grootste duisternis te transformeren.
In de afbeelding is ook een formule opgenomen: In de uitvoering van de wil van God, ligt de sterkte van de menselijke geest.
De leerling leeft in het licht. Dat is de enige, waarachtige wereld. De schaduw is niet werkelijk. Zoek het licht, dat geen schaduw werpt. Vermijd elke gedachte en elk gevoel van een dergelijke aard, wat het mogelijk maakt dat de duisternis ons bewustzijn binnen treedt. Alleen het menselijke verlangen voert tot het lijden [Boeddha] en uit lijden komt ervaring voort, de ervaring brengt verlichting, verlichting wijsheid en wijsheid voert tot de waarheid.
Het menselijke verlangen is vluchtig en veranderlijk, de geestelijke liefde is onveranderlijk, de goddelijke liefde blijft aan zichzelf gelijk en ontwikkelt zich.
Eerst moeten jullie van het geheel leren houden; en houden jullie van het geheel, dan zullen jullie ook van alle delen houden. Wanneer jullie kosmische liefde verwerven, zullen jullie van alle wezens houden, want het besef van de eenheid van al wat leeft, is dan jullie werkelijkheid geworden.
Het huidige tijdperk
Volgens de Meester bereikt de ontwikkeling van de mensheid een punt, waarop zij zal overgaan naar een andere trap van bewustzijnsontwikkeling. Er zijn veel beschavingen geweest die in hun ontwikkeling een stap naar boven hadden moeten maken, maar daarin niet zijn geslaagd. Daardoor ontstaan er rampen en gaat die beschaving verloren om een nieuw begin te kunnen maken.
In het huidige tijdperk zijn we ook op zo'n punt aangekomen, op een kritiek, belangrijk moment. En de Meester zegt, dat de krachten nu zeer in het voordeel van het goede werken. Als het bewustzijn van de mensen verandert, dan kunnen we beginnen om het Koninkrijk Gods op te bouwen. Maar hij zegt ook, dat als het bewustzijn van de volkeren niet verandert, er zich weer nieuwe rampen zullen voordoen. En dan zal het leven en de beschaving dusdanig worden vernietigd, dat pas na duizend jaar het huidige peil opnieuw zal worden bereikt.
De Meester zegt echter, dat alle voorwaarden aanwezig zijn om dat te voorkomen.
Soms waren er enthousiaste volgelingen van de Meester, die vroegen hoe ze deze nieuwe denkbeelden moesten uitdragen in de wereld. Op pad gaan met een rugzak met boeken naar dorpen en steden?
Dan zei hij: Wees een mens. We moeten allemaal beginnen door eerst aan onszelf te werken.
Het geheim van de Christus is dat jijzélf een transformatie moet ondergaan, de zogenoemde wedergeboorte en het opstaan in een nieuwe wezenswerkelijkheid [geestesgesteldheid]. Dat is het mysterie: eerst het reinigen van de tempel, zodat daarna het leven zelf er kan ingaan, de eeuwigheid, en ons lichaam kan worden veranderd. Dat er een transformatie van ons lichaam kan plaatsvinden, van alle organen en van onze geest. Het is deze transformatie die ons is gegeven door de Christus.
Alchemie is lachwekkend als we het over het maken van goud hebben. De grondslag van de transformatie is het kruis. Van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, van een nieuw schepsel in Christus.
Wij (de Bulgaren) zijn inderdaad de bewaarders van een zeer oude historie, de lagen ervan gaan zo diep, dat er nog heel veel te ontdekken is, archeologisch en historisch gezien. Maar de vraag is wat het ons zal baten, als we onze innerlijke schat niet tot aanschijn kunnen brengen. In jouw en mijn leven hebben de beproevingen een doel: het zuiveren van het goud, van het onvergankelijke, het eeuwige.
Er heeft een proces plaats, er voltrekt zich een omkering, een opnieuw op reis gaan naar het licht, naar de waarheid. Het zal niet plotseling gebeuren, alles ontwikkelt zich gelijdelijk, maar we geloven dat het zal komen.
We hebben nu een tocht door duizenden jaren afgelegd. We zijn erin geslaagd de geestelijke impuls te volgen, van 10.000 jaar geleden ten tijde van de Thraciërs, die later overging in de leer van de bogomielen en opnieuw aan het daglicht trad in de twintigste eeuw door Meester Peter Deunov. Wat is er echter met deze impuls gebeurd? Is hij nog levend en als dat zo is, wat voor vorm heeft hij nu aangenomen?
De Universele Leer volgt door alle tijden heen de ondoorgrondelijke wegen Gods. Voor zover wij de gouden draad kunnen volgen, is deze na het Orfisme overgegaan op de bogomielen, de katharen, de klassieke rozenkruisers van de 17e eeuw.
En bereikt deze ons in de 20e eeuw door het Lectorium Rosicrucianum - de Internationale School van het Gouden Rozenkruis, geleid door Jan van Rijckenborgh en Catharose de Petri. In het jaar 1998 vindt de impuls opnieuw bestaansgrond in Bulgarije en zoals voorspeld door Meester Peter Deunov, keert de Leer opnieuw terug in Bulgarije middels de rozenkruisers. De vlam brandt al een kleine 20 jaar. Brandt opnieuw op de grond van onze illustere voorgangers en in de harten van de 240 leerlingen van de Bulgaarse werkgroep.
Deze vlam heeft het potentieel uit te groeien tot een laaiend vuur! De voorwaarden zijn voorhanden. De tijd is gekomen, waarin op de Balkan opnieuw de fakkel hoog zal opvlammen, aangestoken door het Zevenvoudige Licht! We leven nu in bijzondere tijden, het geestelijke verleden treedt op een historisch moment uit de schaduw, met de belofte van een nieuwe impuls in de nabije toekomst.
Ik denk, dat een mens erg hard heeft moeten werken, om het te verdienen hier geboren te worden. Deze mensen over wie wij spreken: Orpheus, de bogomielen, de Meester. Wat zouden we zonder hen zijn? Dit zijn de wezens, die onze geboorte hier zin hebben gegeven. Dit is het meest verheven, grootste geschenk - en niet alleen aan de Bulgaren, het is een geschenk aan de gehele mensheid.
Er is geen zon voor één volk en er is geen Leer voor één natie alleen. Er zijn enorme krachten, die de gehele mensheid en de gehele planeet hebben overstraald.
terug naar het overzicht
terug naar Orpheus, in de woordenlijst
terug naar het weblog
^