Proefschrift Kitty Bouwman - Mater Sapientia, recensies

Recensie Augustijns forum - pagina 13, juli 2015
"Het proefschrift bevat een uitvoerige bronnenbehandeling en biedt parels van inzicht."

Goddelijk en geestelijk moederschap bij Augustinus

Dr. Kitty Bouwman
Op 4 juni promoveerde Kitty Bouwman op haar proefschrift Mater Sapientia, de mystagogische functie (geloofsvorming) van het moederschap van God en het geestelijke moederschap bij Augustinus. Deze studie analyseert de betekenis van moederbeelden bij Augustinus vanuit het perspectief van de studie spiritualiteit, kerkgeschiedenis en genderstudies.

Goddelijk en geestelijk moederschap zijn sleutelbegrippen in Augustinus' visie op de geloofsontwikkeling. Kunnen wij in deze tijd spreken over een moederlijke God? Al eeuwen lang "heeft een mannelijk godsbeeld de christelijke religieuze beleving gedomineerd. Maar kennelijk wringt daar iets," schrijft Kitty Bouwman in haar inleiding. Augustinus gebruikt veel moederbeelden, maar het goddelijk moederschap werd de afgelopen eeuwen meestal niet met God, maar met Maria vereenzelvigd en Vrouwe Wijsheid of mater Sapientia, in wie genade en waarheid is (Sirach 24, 24-25, Vulgaat), is zelfs in de vergetelheid geraakt.

Wanneer Paulus de christenen van Korinthe uitlegt dat zij nog niet toe zijn aan de diepere wijsheid van God, vergelijkt hij hen met zuigelingen: Melk moest ik u geven, geen vast voedsel; dat kon u nog niet verdragen. (1 Kor. 3,2) Wanneer Augustinus het groeien in geloof wil duiden, gebruikt hij vaak beelden als het dragen in de moederschoot, het zogen van baby's en het spenen - de overgang van melk naar vast voedsel. Zijn herinneringen aan zijn vriendin die hun zoon voedde, zijn hier wellicht van invloed. Beslissend aanwezig was ook zijn moeder Monnica. Uit de Confessiones blijkt duidelijk de voortdurende geestelijke zorg die zijn eigen moeder voor hem had zolang hij zich nog niet had laten dopen.

De inventarisatie en analyse van zulke moederbeelden leert dat er bij Augustinus twee vormen van moederschap zijn: het moederschap van God en het geestelijk moederschap dat door bemiddelaars op aarde de mensen bereikt. Aspecten van het geestelijk moederschap schrijft Augustinus toe aan zowel personen zoals Monnica, Maria de moeder van Jezus, en de apostel Paulus, als aan onpersoonlijke gestaltes zoals de kerk en de Heilige Schrift. Aspecten van het goddelijke moederschap worden zichtbaar in Christus, de personificatie Wijsheid en het hemelse Jeruzalem.

Met deze beelden beschrijft Augustinus twee heilswegen die beide uitmonden in de kerk. De ene heilsweg behoort toe aan een vroegchristelijke Wijsheidstraditie waarin moeder Wijsheid centraal staat en Jezus haar gezant is, en de andere wijst op de gevestigde traditie waarin de nadruk ligt op Maria die Gods Zoon heeft gebaard. Augustinus heeft deze twee heilswegen met elkaar verweven, maar ze zijn als afzonderlijke wegen herkenbaar in de symboliek van het voeden (goddelijke moederschap) en het dragen en baren (geestelijke moederschap). Beide verwijzen naar de betrokkenheid van de heilige Geest in de gemeenschap van de kerk.

Met deze symboliek creëert Augustinus een beeld van de kerk als moeder en onderstreept hij de mystagogische functies van de kerk bij de vorming van het geloof, namelijk het koesteren, dragen, baren en voeden met genade. Met de symboliek van het moederschap benadrukt Augustinus ook de voortdurende spirituele ervaring tijdens de hele christelijke initiatie. Dit proces begint bij de kennismaking met het christelijke geloof en wordt voltooid bij de uiteindelijke inwijding in eeuwige gelukzaligheid van Gods bestaan.

Mater Sapientia, de mystagogische functie van het moederschap van God en het geestelijke moederschap bij Augustinus. Skandalon, 2015. € 39,95 Het proefschrift bevat een 'uitvoerige bronnenbehandeling en biedt parels van inzicht' aldus de begeleidende hoogleraren.
Kitty Bouwman (1957) studeerde theologie in Amsterdam en Nijmegen. Ze doceert spiritualiteitsstudies en werkt als geestelijke begeleidster. Ze is voorzitter van de redactie van Herademing, tijdschrift voor mystiek en spiritualiteit.

Zie ook Publicaties bij www.augustinus.nl


Reformatorisch Dagblad
"Geloofsbegrip Augustinus vol moederbeelden"
Klaas van der Zwaag, 13-06-2015, Kerk & Religie

Het is een bekend onderdeel in de christelijke traditie: God als Vader. Toch heeft God in de Bijbel en in de vroegchristelijke kerk ook veel moederlijke aspecten, zoals ook de kerk de moeder van alle gelovigen wordt genoemd, stelt dr. Kitty Bouwman in een proefschrift over Augustinus.
Zij promoveerde eerder deze maand aan de Universiteit Utrecht op moederschapsbeelden in het werk van de kerkvader Augustinus (354-430).
Bouwman (1957) doceert spiritualiteit, werkt als geestelijk begeleidster en is hoofdredacteur van Herademing, een oecumenisch tijdschrift voor mystiek en spiritualiteit.

In haar boek 'Mater Sapientia. De mystagogische functie van het moederschap van God en het geestelijke moederschap bij Augustinus' (uitgeverij Skandalon, Vught) beschrijft Bouwman het moederschap van God, zoals dat in de Bijbel en in de vroege kerk wordt verwoord. De Godsnaam wordt verbonden met 'vermogens' van het moederschap, zoals de voedende borsten en de dragende moederschoot.

'Mater Sapientia' betekent Moeder Wijsheid. In de bijbelse wijsheidsliteratuur wordt Wijsheid gepersonifieerd als vrouw en als moeder. Jezus is de Zoon van God, maar ook profeet van Wijsheid, en ook Paulus laat volgens Bouwman als apostel iets van moederlijke verbondenheid met en bewogenheid voor mensen zien. En tenslotte: van oudsher wordt ook de kerk gezien als moeder van alle gelovigen, die kinderen baart en voedt.

Bouwman ontdekte in het werk van Augustinus veel beelden van het goddelijke en geestelijke moederschap, die ze onderzocht aan de hand van symbolen die verwijzen naar moederlijke 'ervaringen', zoals conceptie, zwangerschap, baren, zogen, voeden en de groei naar de fase van kind en peuter (door melk en brood). Dit samenhangende geheel van symbolen verwijst naar het gehele proces van de geloofsvorming (mystagogie) in de vroege kerk. De belangstellenden voor het geloof werden 'gekoesterd' en als zij een keuze hadden gemaakt voor de doop en de opname in de kerk, werden zij doopleerlingen, gedragen door de 'moederschoot' van de kerk.

Een belangrijke bron voor het goddelijk moederschap is de personificatie van Wijsheid. Augustinus maakte veel gebruik van een wijsheidstraditie in het vroege christendom, die Jezus ziet als een gezant van Wijsheid, niet gelijk aan God, maar wel aangeduid als de echtgenote van God. "Augustinus heeft moeder Wijsheid verbonden met een voedend aspect van God. De nadruk ligt niet zozeer op het Woord, maar op de Geest Die gaven schenkt, eeuwige voeding voor geestelijke mensen."

De promovenda zet uiteen dat Monnica, de moeder van Augustinus, gestalte gaf aan het geestelijke moederschap voor Augustinus. Ze zette zich als zijn moeder voor hem in vanuit haar verbondenheid met God. Toch heeft zij haar zoon niet ingewijd in het geheim van de kerk. Bouwman: "De doop was in die tijd - voor de totstandkoming van de rijks- en staatskerk - een verantwoordelijk en ingrijpend gebeuren, verbonden met een uitgebreide catechese en een lange vastentijd. Monnica voelde aan dat Augustinus daar nog niet aan toe was. Als je in die tijd gedoopt was en je viel weer terug in de zonde, was dat een ernstige en onvergefelijke zaak, wat mensen ertoe bewoog om de doop uit te stellen."

Augustinus nam het goddelijke moederschap op in de werkelijkheid van God. Bouwman: "Deze theologische benadering is ondergesneeuwd in de hoofdstroom van de christelijke traditie, die het goddelijke moederschap heeft vereenzelvigd met Maria. Augustinus noemt Maria niet de moeder van God, maar erkent wel haar maagdelijke moederschap. Maria heeft Jezus Christus als méns gebaard."

Bouwman onderscheidt twee heilswegen in de vroege kerk: die van de Wijsheid en die van Maria. De ene houdt verband met het voedende aspect van God en biedt volgens Bouwman "een correctie op de eenzijdige nadruk in de christelijke traditie op de verlossing door de godheid van Christus," de andere wijst op de menswording van Jezus Christus, door Maria gebaard.

Is dat niet eenzijdig: de mens kan toch alleen verlost worden doordat God mens is geworden?
"Dat is ook zo, maar de waarde van de benadering van Augustinus is, dat hij de nadruk legt op de menswording van Christus: God wordt mens, opdat de mens opgenomen kan worden in het goddelijke leven. Dat is genade. Augustinus zet de gedachte van moeder Wijsheid in tegen de Manicheeërs, die stelden dat Jezus een schijnlichaam had."
"De gedachte van Christus als moeder en wijsheid is in de oosterse kerk veel meer bewaard gebleven dan in het Westen."

U bepleit hernieuwde aandacht voor het voedende aspect van God, de heilsweg van moeder Wijsheid. Heeft dat ook verband met de toenemende feminisering van het Godsbeeld?
"Ik koppel het nadrukkelijk niet aan de Drie-eenheid. Met de gedachte van God als Vader is niets mis, maar er is ook veel dat ervoor pleit om het moederlijke van God opnieuw een plaats te geven. En dan verwijs ik vooral naar de Wijsheid als moeder, die de vaste spijzen die ze gebruikt omzet tot melk voor nieuwe gelovigen. De Wijsheid maakt echter geen deel uit van de Drie-eenheid, maar is het eerste schepsel, maar daarom niet onbelangrijk."


terug naar het literatuuroverzicht

terug naar het weblog







^