De betekenis van het huwelijk


De betekenis van het woord 'huwelijk' is bekend dankzij onze kennis van de Gotische taal. Het woord bestaat in feite uit twee woorden, namelijk uit de woorden 'huwen' en 'laika'. De oorspronkelijke betekenis van het woord 'huwen' is: de beide 'echtgenoten'; terwijl het woord 'laika' 'samenspel', 'samenwerking' betekent. 'Huwelijk' betekent dus: het samenspel van beide echtgenoten.

Maar met het woord 'laika' hangt ook het oude woord 'lekere' samen, dat 'geneesheer' betekent (Zweeds: 'läkere'). De oorspronkelijke betekenis van het woord 'huwelijk' is dus: een samenspel van de beide echtgenoten, waar zij beiden beter van kunnen worden, dat voor hen beiden een verrijking kan betekenen. De betekenis van het woord duidt aan, hoezeer ook in de ogen van onze verre voorouders de persoonlijke band tussen beide echtgenoten de grondslag vormt van het huwelijk.

Wat zijn nu de voorwaarden die aan deze persoonlijke band moeten worden gesteld, opdat zij er beiden beter van kunnen worden? Het huwelijk - en ook het eruit voortkomende gezin - is in feite de oervorm van menselijke samenleving. De voorwaarden voor een menswaardige samenleving zijn voor het eerst opgesteld door de Franse filosoof Louis Claude de Saint-Martin, het zijn de bekende begrippen: liberté, egalité et fraternité; vrij vertaald betekent dat: vrijheid, gelijkwaardigheid en vriendschappelijkheid.

Vrijheid

Louis Claude de Saint-Martin
Franse filosoof, 1743 - 1803
Eerst wat de vrijheid betreft. Het huwelijk is een vrijwillig verkozen gebondenheid. Die gebondenheid blijft daardoor gezond, zolang ook die vrijwilligheid blijft bestaan. Ondanks de geborgenheid en de saamhorigheid, die met de huwelijksband samenhangt, moet je daarom toch elkaars persoonlijke vrijheid blijven eerbiedigen. Het is noodzakelijk om de ander steeds de gelegenheid te geven zichzelf te kunnen zijn. Tracht daarom in het huwelijk een evenwicht te vinden tussen saamhorigheid en persoonlijke zelfstandigheid; anders loop je het gevaar, dat de huwelijksband zou kunnen gaan knellen.

Gelijkwaardigheid
Dan de gelijkwaardigheid. Binnen het huwelijk krijgt het bestaan van de een pas waarde door de aanwezigheid van de ander en omgekeerd. Man en vrouw zijn als mens daardoor wel gelijkwaardig; maar in aanleg zijn zij niet aan elkaar gelijk. Beiden kunnen een geheel verschillende kijk hebben op de waarden van dit bestaan.
Dat wordt veroorzaakt doordat - heel in het algemeen - de vrouwelijke geest begint met de dingen te doorvoelen, waarna vanuit dat gevoel over de dingen wordt nagedacht. De mannelijke geest begint met over de dingen na te denken, waarna vanuit die gedachten gevoelens worden gevormd. Ze doen beiden wel hetzelfde, maar de volgorde is verschillend. Het uitgangspunt bij redeneringen is daardoor anders en je kunt veel misverstanden voorkomen, als je daar van tevoren rekening mee wilt houden.
Ondanks deze verschillen zijn man en vrouw in wezen, als menselijke persoon, wel gelijkwaardig aan elkaar, beiden immers overdenken èn doorvoelen wat er gebeurt.

Vriendschap
Tenslotte is er de vriendschap als de meest wezenlijke, menselijke verstandhouding. Het woord 'vriend' is afkomstig van het woord 'vrijende' en dat is het tegenwoordig deelwoord van het werkwoord 'vrijen'. Het werkwoord 'vrijen' betekende in oude tijden gewoon: 'liefhebben'. Vrienden van elkaar zijn betekent dus oorspronkelijk: elkaar liefhebben.
Nu is dat woord liefhebben een werkwoord en dat houdt een handeling in. Liefhebben komt daardoor tot uitdrukking in belangeloze toewijding. Het is door het gevoel van vriendschappelijke saamhorigheid, dat vrienden zich onbaatzuchtig voor elkaar willen inzetten. Die onbaatzuchtige inzet komt hierin tot uitdrukking, dat je er niet zo zeer naar wilt streven zelf gelukkig te worden, maar meer om de ander gelukkig te maken. Want daardoor heb je niet alleen jezelf, maar juist het heil van elkaar en daardoor van de huwelijksband op het oog.
Deze vriendschap, de liefde als onbaatzuchtige inzet voor elkaar, - samen met het besef van ieders persoonlijke vrijheid en gelijkwaardigheid - is de waarborg voor een duurzaam en gelukkig huwelijk.

In feite kennen wij de woorden van Louis Claude de Saint-Martin al langer, want de strekking ervan komt overeen met de Gulden Regel: 'Behandel je medemensen, zoals je het zelf zou wensen'. Deze Gulden Regel is door alle godsdienststichters in het verleden verwoord:

De Gulden Regel
- Zarathoestra: Alleen die mens heeft een goed karakter, die anderen niet aandoet wat niet goed is voor hemzelf.
- Amerikaanse indianen: Grote Geest, geef dat ik mijn buurman niet beoordeel voor ik een mijl in zijn mocassins heb gelopen.
- De joodse leer: U moet uw broeder niet haten in uw hart; ... maar u moet uw naaste liefhebben als uzelf.
- Boeddhisme: Op vijf manieren zou iemand zijn vrienden en bekenden van dienst moeten zijn - met edelmoedigheid, hoffelijkheid, welwillendheid, door hen te behandelen zoals hij zichzelf behandelt en door zijn woord gestand te doen.
- Confucius: Doe nooit anderen aan wat je niet zou willen dat ze jou aan zouden doen.
- Confucianisme: "Is er enig woord," vroeg Tse Kung, "dat als gedragsregel voor het leven kan dienen?" De meester antwoordde: "Is medeleven niet dat woord? Doe niet aan anderen, wat u voor uzelf niet wenst."
- Griekse filosofie: Doe niet aan anderen, wat uzelf niet wenst te ondergaan (Isocrates). Behandel uw vrienden, zoals u door hen behandeld wilt worden (Aristoteles).
- Hindoeïsme: Men moet zich tegenover anderen niet gedragen op een manier die ons zelf onaangenaam zou zijn. Dit is het wezen van de wet (dharma). Al het overige komt voort uit zelfzuchtige verlangens.
- Christendom: Alles nu wat u wilt dat u de mensen doen, doet u hen ook zo, want dit is de wet en de profeten.
- Islam: Niemand van u is een gelovige voordat hij zijn broeder toewenst, wat hij voor zichzelf wenst.


terug naar de vragenlijst

terug naar het weblog







^