De Wet van het Ritme van Veranderingen (een trilling of golfbeweging)


Volgens Pythagoras (580-500 v.Chr.) voltrekken alle veranderingen in de natuur zich in 6 stappen; de 7e stap brengt de terugkeer naar het uitgangspunt voor een nieuw ontwikkeling (deze ontwikkeling van 6 stappen met de 7e als terugkeer, wordt ook beschreven in de I Tjing; daar verloopt die over de 6 lijnen van het hexagram van beneden naar boven, om op de zevende stap weer van onderaf te beginne; wat a.h.w. een trilling is). Pythagoras ging daarbij uit van zijn muziekleer; hij had namelijk proefondervindelijk de wiskundige grondslag van de toonladder ontdekt, van bijvoorbeeld die van c: c, d, e, f, g, a, b, c. Die ontwikkeling van klanken - of trillingen, terwijl de toonladder zelf a.h.w. ook een trilling is - zag hij als een algemene wet; een ritme dat toepasbaar was op alle groei en ontwikkeling in de kosmos.
Want volgens hem was de schepping uit één bron voortgekomen, waardoor in de grond alles met elkaar moest samenhangen (dat is zijn Wet van harmonie of overeenstemming).

Het getal 7 betekent volgens Pythagoras' getallenleer (zie het Menu): wijsbegeerte, de overdenking van de grote levensvragen, het inzicht in de betekenis van geboorte en dood. Zowel bij het getal vier als bij 10, leidt ook bij de zeven de gereduceerde cijfersom tot het getal 1. Zowel 4, 7 als 10 leiden door deze bewerking terug naar de 1, d.w.z. het einde verbindt zich steeds weer met het begin, volgens: 1+2+3+4+5+6+7=28, 2+8=10, 1+0=1, waardoor er bij die cijfers sprake is van een eeuwigdurend heen en weer gaan: een trilling en bijbehorende kringloop.
Wordt deze kringloop uitgezet op een tijdbalk, dan verschijnt een golfbeweging. Met andere woorden: alles in de natuur verloopt in de vorm van golfbewegingen.


terug naar de vragenlijst

terug naar het weblog







^