Vraaggesprek met prof. Dick Swaab
De laatste vraag: hersenen of geest? - Noorderlicht 29-08-2002Een vraaggesprek met Frank Nuijens
"Hersenscantechnieken hebben ervoor gezorgd dat ook psychologen aandacht voor hersenen en hersenfuncties kregen. Wat het brein dóet, kun je niet zien, maar de beelden geven wel het idee dat de hersenen echt werken."
"De geest is een product van de hersencellen."
Uitspraken van Dick Swaab, directeur Nederlands Instituut voor Hersenonderzoek (uitspraken waar 90% van de natuurwetenschappers achter staat).
Hoe er uit de hersenen iets kan ontstaan als het zelfbewustzijn houdt de mens al eeuwenlang bezig. John Horgan denkt dat we er nooit achter zullen komen, John Maddox vermoedt dat de werking van het geheugen de sleutel is. Professor Dick Swaab wil dat wetenschappers uit verschillende disciplines meer gaan samenwerken. Op dat gebied verwacht hij de grote doorbraak in onze zoektocht naar zelfbegrip.
"Sigmund Freud heeft het laatste grote inzicht gehad in de werking van de geest. De verscheidenheid aan stromingen die zijn theorie hebben opgevolgd zijn het bewijs dat de wetenschap sindsdien alleen maar minder van de geest is gaan begrijpen," zegt John Horgan over de Oostenrijkse arts. De vraag hoe het brein een geest maakt, heeft onderzoekers jarenlang beziggehouden, maar een antwoord lijkt nog niet in zicht.
Toch is de zoektocht niet hopeloos, vindt prof. Dick Swaab, directeur van het Nederlands Instituut voor Hersenonderzoek. "De geest is een product van de hersencellen, dat staat voor mij vast. De grote vraag is echter hoe die hersencellen dat precies doen." De psycho-analytische stroming die Freud heeft voortgebracht, heeft volgens Swaab juist het grote inzicht tegengehouden. "De Freudiaanse psychiatrie was in Nederland sterk vertegenwoordigd en bestond uit mensen die meer in kunst en literatuur geïnteresseerd waren dan in biochemie. Als zodanig wilde men ook niets over de werking van het brein weten. Dat werd niet nodig geacht."
Er is geen stappenplan hoe we de geest beter kunnen gaan begrijpen, maar John Maddox denkt dat de werking van geheugen de sleutel is: "We moeten eerst begrijpen waar en hoe informatie, het geheugen, wordt opgeslagen in het brein. Dat is een praktisch oplosbaar probleem. Als we dat snappen, kunnen we beter begrijpen wat er gebeurt wanneer we denken."
Swaab beaamt dat het geheugen belangrijk is, maar vermoedt dat de ontwikkeling van de hersenen nog belangrijker is. "Het brein is ongelooflijk complex. De honderd miljard neuronen maken per neuron contact met zo'n duizend tot honderdduizend andere neuronen. Het brein maakt een overmaat aan contacten aan en de verbindingen die goed functioneren blijven bestaan. Dat is wat we 'neuronaal Darwinisme' noemen, competitie om contacten." De bouw van de hersenen is niet statisch en wordt slechts voor een klein deel door de genen bepaald. Hoe dat systeem uiteindelijk functioneert, is dus afhankelijk van een heel scala aan factoren. Het geheugen is slechts een van de vele functies van het brein.
Horgan is echter pessimistisch over de vraag of we zelfbewustzijn ooit kunnen verklaren. "Hij stelt het brein en bewustzijn te magisch voor," denkt Swaab. "Ieder eencellig organisme is zich bewust van zijn omgeving. Het gaat naar voeding toe en van toxische stoffen af. Het zelfbewustzijn zal niet groot zijn bij deze organismen, maar een hond kan zichzelf al onderscheiden van andere. Hij herkent zijn eigen urine. En bij apen zijn er nog veel meer tekenen van zelfbewustzijn aantoonbaar. Bewustzijn zit waarschijnlijk in iedere cel. Het ontwikkelt zich echter onder invloed van de groei van het neurale netwerk enorm."
Swaab weet zeker dat we het verschijnsel geest kunnen verklaren, ook al zal het nog vele generaties duren voor we zover zijn. "De beperkende factor is de samenwerking tussen de verschillende wetenschappelijke disciplines. Wetenschappers werken het liefste samen alleen. De grote bijdrage moet komen uit multidisciplinair onderzoek. Iedere discipline is zo gecompliceerd geworden, dat daar ook zeer gespecialiseerde mensen voor nodig zijn. Je ziet nu gebeuren dat rond een vraagstelling, mensen die gedrags-, biochemisch en post-mortem onderzoek doen, langzamerhand samen tot inzichten komen. Daar ligt volgens mij de echte revolutie in het hersenonderzoek in besloten."
terug naar de onbewuste vereenzelviging
^