tau (dao)
Een kernbegrip uit de Chinese wijsbegeerte is het tau (dao). Het teken voor tau is samengesteld uit twee andere, met de betekenis 'hoofd' en 'gaan'. Het teken voor 'hoofd' staat rechtsboven, dat voor 'gaan' linksbeneden; de Chinees schrijft en leest v.r.n.l.
Afb.: drie schrijfwijzen van 'dao'. Bron: Hans van den Broek Kisling, China-Y.
In het Chinese schrift, dat een zinnebeeldig beeldschrift is, bestaat het karakter van het woord 'tau' uit de karakters voor 'hoofd' en 'gaan'. Aan de ene kant hangt het begrip 'hoofd' samen met 'bewust' en 'gaan' met 'kracht', waardoor tau 'bewuste kracht' betekent (terwijl in geestkunde 'geest' wordt omschreven als de 'bewuste kracht'); aan de andere kant hangt het begrip 'hoofd' ook samen met 'geest' en 'gaan' met 'weg', waardoor tau ook de betekenis 'geestelijke ontwikkeling' heeft.
Het woord 'tau' wordt in het wijsheids- en orakelboek I Tjing zowel gebruikt voor de geest zelf, als ook voor een wezenlijk kenmerk ervan, namelijk de 'ontwikkeling van de geest'.
De I Tjing vermeldt: "De wijzen stelden het tau van de Hemel vast en noemden het het donkere (zie in de Woordenlijst bij 'jin', de donkere koelte) en het lichte (zie bij 'jang', de lichtende warmte). Zij stelden het tau van de Aarde vast en noemden het het weke (het doordringbare, vrouwelijke) en het vaste (het doordringende, mannelijke). Zij stelden het tau van de mens vast en noemden het de liefde (voelen) en de rechtvaardigheid (denken)".
"In de verandering (omvorming) ligt de grote oeraanvang (tau). Deze verwekt de beide oerkrachten (jin en jang). De beide oerkrachten verwekken de vier beelden, de vier beelden verwekken de acht tekens".
Deze tekens zijn een uitbeelding van de geest en de vermogens (zie aldaar): Tjièn en Koen, mannelijk en vrouwelijk vormen samen de geest, Kan is het willen en Li het waarnemen; Tsjen is het denken en Soen het voelen; Ken is de ingekeerde en Twéi de uitgekeerde instelling.
De I Tjing zegt: "Kan en Li vullen elkaar aan; Tsjen en Soen storen elkaar niet; Ken en Twéi staan met elkaar in verbinding (een beschrijving van de evenwichtig samenhangende en elkaar aanvullende vermogens); zo alleen is verandering en vorming mogelijk en kunnen alle dingen worden voltooid. Dit is de werking van de zes oertekens (de werking van de vier vermogens en de twee instellingswijzen). Deze werking is de werking van het geestelijke, de kracht, die zijn bestaan bewijst door de verschillende werkingen". "De geest is op onzichtbare wijze in alle wezens werkzaam".
"Het Scheppende bewerkt verheven welslagen, bevorderend door standvastigheid. Verhevenheid gaat samen met liefde (voelen). De verhevenheid is van al het goede het hoogste. Het welslagen is het samenvallen met het schone (waarnemen). Het bevorderende is de overeenstemming van al het goede en rechtvaardige (denken). De standvastigheid is de grondlijn van alle handelingen (willen)".
"De edele leert om ervaringen te verzamelen (waarnemen), hij vraagt om het te schiften (denken en voelen), zo wordt hij ruim in zijn wezen (denken) en liefdevol (voelen) in zijn handelen (willen)".
"De edele ontwikkelt zijn karakter (geestelijke ontwikkeling) en werkt (willen) aan zijn opgave. Trouw en geloof (voelen) zijn het waardoor hij zijn karakter ontwikkelt. Zorgvuldige keuze van woorden, zodat ze vast op waarheid berusten (denken), dat is het, waardoor hij het werk duurzaamheid verleent".
"Door het boek brachten heilige wijzen hun wezensaard op een hoger plan (zelfverwerkelijking) en vergrootten hun arbeidsveld (hereniging)". "Doordat de mens op deze wijze aan Hemel en Aarde gelijk wordt (hereniging), komt hij niet in strijd met hen. Zijn wijsheid omvat alle dingen, zijn tau ordent de hele wereld en hij vermag liefde te geven". "De I Tjing bevat de maat van Hemel en Aarde. Daardoor kan men daarmee het tau van de Hemel en de Aarde begrijpen en ordenen" (in zichzelf verwerkelijken).
Dit is een kleine samenvatting van kernpunten uit de I Tjing, waaruit blijkt dat geestkundige ervaringen en inzichten van oeroude tijden zijn. De titel van het boek wordt meestal vertaald met 'Het boek (Tjing) der veranderingen (I)'. Maar uit de strekking van het boek blijkt dat al die veranderingen één doel hebben: de groei van de geest. I Tjing betekent daardoor in wezen: 'Het boek van geestelijke ontwikkeling'.
Zie ook de begrippen 'jin' en 'jang' in de Woordenlijst.
terug naar de woordenlijst T
^