36 Ming I - De verduistering van het licht; Ming yi - Verduistering
Vergelijking van de I Tjing-vertalingen van Richard Wilhelm en Alfred Huang Afdeling 2Wilhelm | Huang |
䷣ 36 Ming I - De verduistering van het licht | ䷣ 36 Ming yi - Verduistering |
De volgorde | Volgorde van de gua |
Expansie zal onherroepelijk op verzet en beschadiging stoten. | Wanneer men zonder beperking vooruitgaat, zal er zeker iemand gewond raken. |
Daarom is het volgende teken: de verduistering van het licht. | Na vooruitgang volgt derhalve verduistering. |
Verduistering wil zeggen beschadiging, verwonding, kwetsing. | |
Vermengde tekens Verduistering van het licht betekent verwonding. |
|
Het oordeel | Oordeel |
De verduistering van het licht. Het is bevorderlijk in de nood standvastig te zijn. | Verduistering. Gunstig om bij ontberingen standvastig en rechtschapen te zijn. |
Commentaar op de beslissing | Commentaar op het oordeel |
Het licht is in de aarde gezonken: de verduistering van het licht. | Helderheid is onder de aarde weggezonken. Het is verduistering. |
Schoon en klaar van binnen, naar buiten week, toegewijd, | Binnen is hij sierlijk en schrander. Naar buiten is hij goedaardig en schrander. |
zich openstellend voor anderen en daardoor ten prooi aan grote tegenspoed, zo was koning Wen. | Geconfronteerd met harde onberingen. Dat is wat koning Wen meemaakte. |
Het is bevorderlijk in de nood standvastig te zijn: dat beduidt dat men zijn licht verhult. | Gunstig om bij ontberingen standvastig en rechtschapen te zijn. Dit is om de helderheid te verbergen. |
Omringd door moeilijkheden onder zijn naaste bloedverwanten | Ten tijde van de ontberingen, |
en desondanks zijn wil op het goede en rechtvaardige gericht houdend, zo was prins Tji. | toch zijn geest stil en zijn wil rechtschapen houden. Dit is wat Ji Zi overkwam. |
Het beeld | Commentaar op het beeld |
Het licht is in de aarde gezonken: het beeld van de verduistering van het licht. | Helderheid is weggezonken onder de aarde. Een beeld van verduistering. |
Zo leeft de edele met de grote massa: | In overeenstemming hiermee blijft de superieure mens in harmonie met de menigte. |
hij verhult zijn glans en blijft toch licht. | Hij bedekt zijn helderheid, maar zijn licht straalt nog steeds. |
De afzonderlijke lijnen | Yao-tekst |
Beginnegen: a. Verduistering van het licht op de vlucht. Hij laat zijn vleugels zakken. |
1. Begin negen Verduistering vliegt. Met neerhangende vleugels. |
De edele op zijn vlucht eet drie dagen niets. Maar hij heeft een plaats, waar hij heen kan gaan. | De wijze ontwijkt, drie dagen, negeert eten. Hij gaat ergens naar toe. |
De waard heeft wat op hem te zeggen. | De gastheer roddelt. |
b. De edele op zijn zwerftocht heeft de verplichting niets te eten. | De wijze ontwijkt; het is rechtschapen om niet te eten. |
Zes op de tweede plaats: a. De verduistering van het licht kwetst hem aan de linker dij. |
2. Tweede zes Verduistering. Gewond aan linker dij. |
Hij schaft hulp met de macht van een paard. Heil! | Heeft hulp nodig, een sterk paard. Voorspoed. |
b. Het heil van de zes op de tweede plaats komt door haar overgave aan de regel. | Voorspoed van de tweede zes. Hij handelt in overeenstemming met het pricipe en de situatie. |
Negen op de derde plaats: a. De verduistering van het licht op de jacht naar het zuiden. Men verkrijgt haar grote hoofd. |
3. Derde negen Verduistering, jagen in het zuiden. Nam de hoofdman gevangen. |
Men mag niet te vlug standvastigheid verwachten. | Handel niet met ongepaste haast; wees standvastig en rechtschapen. |
b. Het plan van de jacht in het zuiden heeft groot succes. | Jagen in het zuiden. Een groot wapenfeit is voltooid. |
Zes op de vierde plaats: a. Hij dringt binnen in de linker buikholte. |
4. Vierde zes Gaat de linker buik binnen. |
Men verkrijgt het hart van de verduistering van het licht en verlaat poort en hof. | Kent het hart van de verduistering. Verlaat de woning. |
b. Hij dringt binnen in de linker buikholte, d.w.z. hij verneemt de innerlijke gezindheid van het hart. | Gaat de linker buik binnen. Kom achter zijn bedoelingen. |
Zes op de vijfde plaats: a. Verduistering van het licht als bij prins Tji. Bevorderlijk is standvastigheid. |
5. Vijfde zes Ji Zi's verduistering. Gunstig om standvastig en rechtschapen te zijn. |
b. De standvastigheid van prins Tji laat zien, dat het licht niet kan worden uitgedoofd. | De standvastigheid en rechtschapenheid van Ji Zi; zijn helderheid kon niet worden gedoofd. |
Bovenste zes: a. Niet licht maar donker. |
6. Bovenste zes Geen helderheid, slechts duisternis. |
Eerst steeg hij op ten hemel, daarna stortte hij omlaag in de diepten van de aarde. | Eerst, stijg op naar de hemel. Daarna, val terug naar de aarde. |
b. Eerst steeg hij op ten hemel: zodat hij de landen van al de vier windstreken had kunnen verlichten. | Eerst, stijg op naar de hemel. Hij verlichtte de vier windstreken van de aarde. |
Daarna stortte hij omlaag in de diepten van de aarde: omdat hij de regel had verloren. | Daarna, val terug naar de aarde. Hij verloor de gedragscode. |
terug naar de hexagrammen
^